19 augustus 2014

De geaardheid van een individu zegt niets over zijn of haar capaciteiten als leerkracht

 

Ons land heeft een historisch patent op het beschermen van de individuele vrijheden van haar burgers. Bij het ontstaan van ons land was iedereen het er over eens dat België één van de meest vooruitstrevende en liberale grondwetten had. De rechten en vrijheden van de burger werden beschermd, discriminatie werd bestreden. In het meer dan 150-jarig bestaan van ons land is deze vrijheid van de individuele levenskeuzes enkel verder uitgebreid en zijn uitgebreide wettelijke garanties ingebouwd. En terecht. Onze historische strijd voor een seculiere samenleving, gestoeld op universele waarden zoals de gelijkheid van man en vrouw of de vrijheid van religie en meningsuiting, is iets waar we trots op mogen zijn.

Ons werk is echter niet af. De globalisering van onze samenleving heeft immers geleid tot een multiculturele en dus ook multireligieuze samenleving. Dat is een wenselijke realiteit. Maar ook een realiteit die ons voor de uitdaging plaatst er behoedzaam op toe te zien dat onze -grondwettelijke- realisaties niet ondergraven worden. De hernieuwde religiositeit in onze multireligieuze samenleving kan immers bij een fundamentele minderheid in botsing raken met onze universele waarden. Vrijheid van religie is uiteraard één van de waarden die beschermd moet worden, zeker in onze multireligieuze samenleving. Maar de grenzen van deze vrijheid lopen tot daar waar deze de integriteit van de individuele vrije levenskeuze schenden.

De geaardheid van een docent bepaalt niet of hij of zij in staat is om zijn of haar leerlingen te begeleiden in hun ontwikkeling tot kritische en verdraagzame burgers

Ons onderwijs speelt een cruciale rol in deze strijd. Het draagt de taak in zich onze jongeren voor te bereiden op onze samenleving. Onderricht en opvoeding zijn onze instrumenten bij uitstek om er voor te zorgen dat onze jongeren een verdraagzame samenleving zullen vormgeven in al haar diversiteit: religieus, cultureel, politiek en etnisch, maar ook op het gebied van seksualiteit. Zeker in onze steden, hotspots van verscheidenheid, is er de nood hierop in te zetten. Dat een directrice van een school in Brussel, onze multiculturele metropool, een leerkracht aanmaant zijn geaardheid voor zich te houden, is dan ook een signaal dat afgekeurd moet worden. Dat haar rechtstreekse meerdere, Charles Huygens, de directeur-generaal van het openbaar onderwijs van de stad Brussel, geen afstand neemt van haar woorden en integendeel dezelfde mening is toegedaan, is al helemaal een stap te ver. Het is een stap terug in onze historische strijd voor een samenleving waarin elk individu -in zoverre het de vrijheid van een ander niet inperkt- vrij mag beslissen over de invulling die hij of zij aan haar leven geeft.

Zijn argumentatie dat leraren voorzichtig moeten zijn met uitspraken over hun privéleven, of dat nu over godsdienst, politieke overtuigingen of geaardheid gaat, snijdt al helemaal geen hout. Het is net onze historische strijd voor een seculiere samenleving en onze universele vrijheden die daaruit voortvloeien, die maakt dat leerkrachten hun religieuze overtuiging niet mogen opleggen aan hun leerlingen. Wat niet wegneemt dat leerlingen, met het oog op een verdraagzame samenleving, kennis moeten hebben van de verschillende culturen en religies in onze samenleving. Op dezelfde manier is het aangewezen dat leerkrachten hun politieke overtuiging voor zich houden tijdens de lesuren, maar onze leerlingen wel opvoeden tot kritische burgers door hen inzichten te geven in de verschillende politieke stromingen.

De geaardheid van een leerkracht doet echter niets ter zake. Dat bij een heteroseksuele leerkracht niet gehint wordt op discretie rond zijn gezinsleven is daarvan het beste bewijs. De geaardheid van een docent bepaalt immers niet of hij of zij in staat is om zijn of haar leerlingen te begeleiden in hun ontwikkeling tot kritische en verdraagzame burgers. Als het tot iets leidt, is het integendeel dat het jongeren toont dat ze zichzelf moeten kunnen zijn in onze diverse samenleving.

De geaardheid van een individu zegt dus niets over zijn of haar capaciteiten als leerkracht. En elk individu staat het wettelijk vrij om samen te zijn met de partner van zijn of haar keuze en om zich hier al dan niet openlijk over uit te spreken. Net zoals het wettelijk verboden is iemand op basis hiervan te discrimineren. Daar hebben we meer dan 150 jaar voor gestreden.

De Morgen online (19/08/2014)

 

Reageer:
  1. Naam*
  2. E-mail*
  3. Bericht*